“Mama! Ik ben bang!” Ik gok dat iedereen dit minstens één keer in zijn jeugd heeft geroepen, want elk kind heeft ze: angsten. Sommige zijn realistisch en andere slaan, wanneer je er later op terugkijkt, echt nergens op.
Als kind was ik ook wel eens bang. Ik was vooral bang voor wind, want dat maakte zo’n eng geluid. De wind vond ik doodeng, totdat mijn moeder mij eens vertelde dat de wind was bedoeld om bomen te laten dansen. Hierna vond ik het telkens leuk als het waaide. Want er was niemand die grote, sterke bomen kon laten dansen. Alleen de wind kon dat. Hoe bijzonder!
Naast wind, iets waar volgens mij veel kinderen bang voor zijn, had ik nog drie grote angsten (en van eentje krijg ik zelfs nu nog de kriebels).
Jullie weten inmiddels dat ik gek ben op lijstjes, dus zie hier: een lijstje met mijn kinderangsten.
De Chemokar. Vraag me niet waarom, maar ik was doodsbang voor de Chemokar. Voor de mensen die de Chemokar niet kennen: dit was (en is in sommige delen van het land nog steeds) een vuilnisophaaldienst die klein chemisch afval ophaalde. De Chemokar was eigenlijk gewoon een vrachtwagen, maar bij ons in de buurt maakte hij een typisch geluid (iets van: tulululu’) waarna een vrouwenstem heel hoog: ‘de Chemokar’ riep en opriep tot het deponeren van chemisch afval. Vraag me niet waarom, maar wanneer ik het geluid van de Chemokar hoorde, rende ik altijd huilend naar mijn moeder.
Graaf Tel. Iedereen die Sesamstraat wel eens heeft gezien, kent hem wel: graaf Tel. Deze op Dracula gebaseerde pop telde zo ongeveer alles en leerde hierdoor kinderen tellen. De in Sesamstraat spelende poppen mogen niet eng zijn voor kinderen, maar helaas vond ik als kind deze goedlachse vampier behoorlijk scary.
Funfact: als kind vond ik graaf Tel scary omdat hij een vampier is. Tegenwoordig houd ik juist enorm van films met daarin vampiers.
Karbonkel. Weer een pop. Maar wel de meest verschrikkelijke pop ooit. Dit gedrocht (ik heb geen idee hoe ik hem anders moet noemen) kwam voor in de educatieve kinderserie ‘Ik Mik Loreland’, een serie die aansloot bij de leesmethode ‘Veilig leren lezen’ en die ik in groep 3 van de basisschool elke week voorgeschoteld kreeg. Hoe het programma precies ging weet ik niet meer, maar volgens Wikipedia kon Karbonkel eerst niet lezen en schrijven en liet hij daarom alle letters uit Loria (een land waar de inwoners gek zijn op lezen en schrijven) verdwijnen.
Karbonkel bezorgde mij enorme nachtmerries en wanneer we ‘Ik Mik Loreland’ op school gingen kijken, deed ik na een tijdje bij de stukjes waarin hij voorkwam telkens mijn ogen en oren dicht zodat ik hem niet hoefde te zien.
Zelfs nu ik een foto zocht voor bij dit bericht, begrijp ik nog steeds waarom ik Karbonkel zo eng vond..
En.. Waarvoor was jij bang als kind? Of waarvoor zijn jouw kinderen doodsbang?